We mogen weer op stap gaan !

De eerste uitstap die we deden sedert het allemaal weer mag is een gegidste wandeling in Brugge . Maar nu eens een hoekje van Brugge waar je niet zo vlug komt. De naam zegt het ook al ” de verloren hoek”. Nochtans is het een mooie wijk die zijn eigenheid van eeuwen terug heeft bewaard . Maar ja het ligt wat buiten het centrum van deze toeristische stad.

Wij startten onze wandeling langs de Vesten , een 7km lange stadsomwalling waar je kunt wandelen /fietsen . Je komt op je weg de drie molens tegen en passeert ook de vier middeleeuwse stadspoorten Je wandelt er grotendeels onder grote bomen , passeert ook de kleine jachthaven de Coupure en het Minnewater…

Maar dat was deze keer niet de bedoeling. We wandelden voorbij een paar molens , klauterden omhoog bij de St Janshuismolen waar we een mooi zicht hadden op de twee grote schuttersvelden : St Sebastiaangilde en de St Joris gilde Beide bestaan reeds meer dan 600 jaar !

Een paar schepen liggen voor anker langs de vesten. Eentje is er blijkbaar te koop.

In het kader van de Triënnale in Brugge dd 2021 vind je veel foto’s terug die ik ook op deze wandeling gemaakt heb (klik)

Daarna een wandeling door de smalle straatjes van dit deel van Brugge

De Jerusalemkapel heeft een lange geschiedenis achter de rug. Als je meer wilt weten druk dan op (klik). De moeite om de geschiedenis te kennen. Een kapel is geen kerk en je kunt er niet zomaar in en uit. Het is in privé handen.

Het volksverhaal van” Annaatje van ‘ t Pitje “moet je beslist eens lezen ! (klik)

Achter veel hoge muren zijn er dikwijls prachtige binnentuinen aan te treffen. Hier een voorbeeld van zo’n tuin waar een renovatie van een internaat aan de gang is en de poorten stonden toevallig open. Dat is vragen om eens achter die muur te kijken hé ! Verschillende foto’s zijn niet te gebruiken : te fel licht.

De enige straat in Brugge waar geen straatstenen liggen en ook nooit zullen komen. Staat ergens zo beschreven. Een héél lange straat met aan weerszijden hoge muren( ook tuinen erachter ? )

Nog een weetje van de gids meegekregen:

Zo’n devote muurschilderijen of kapelletjes mogen nooit verwijderd worden . Ook niet als je zo’n huis koopt/verkoopt. Ook moeten de typische huisjes witgeschilderd zijn en mogen de ramen enkel in hout gemaakt worden ( geen plastiek of metaal) De kleur van verf moet donkergroen zijn of rood ( specifiek ossenbloed rood! ) ‘t Is maar dat je het weet als je zo’n huisje zou willen kopen!!

En toen wandelden we terug naar de startplaats waar een paar tafels voor een man of twintig waren voorbehouden. We aten er een pannenkoek en dronken een kopje koffie. Er werd héél wat nagebabbeld . Ik zag mensen terug die ik een tweetal jaar niet heb gezien! En zo vergat ik ook een foto te maken van de tearoom ” Bistro du Phare”.

Beide foto’s zijn van internet. Toen wij er waren zat alles bomvol. Gelukkig hadden we gereserveerd vòòr we met de wandeling gestart zijn.

En om af te sluiten een opzet raam in één van de typisch Brugse huisjes.. Wellicht een grote fan van Keith Haring!

Een mooie start van een nieuw seizoen samen met de senioren. Hopelijk mag het zo blijven. Maar de start was het begin van een hele reeks uitstappen ( ook persoonlijke) zodat ik de tijd niet vond om dit hier te tonen en te vertellen. Komt eraan hoor!

Afscheid van onze voorzitter

Zondag 19 januari hebben we afscheid genomen van de voorzitter  van de seniorenvereniging de Egelantier . Hij heeft jarenlang gezorgd dat we op tijd de beentjes  rekten en strekten met pétanque en koersbal en heeft ook zijn best gedaan om op cultureel vlak onze kennis bij te schaven met interessante uitstappen.
Een uitgebreid etentje waarop 54 leden aanwezig waren hebben hem gehuldigd. Ook een afvaardiging van Brugge kwam een speech geven.
Het is geen vaarwel, absoluut niet ,hij heeft alleen de voorzittersfakkel doorgegeven aan anderen en we mogen zeker nog rekenen op hem om ons verder de weg te wijzen!
We hopen hem nog vele jaren te kunnen bewijzen dat we goede leerlingen zijn en de vereniging met al onze mogelijkheden verder zullen doen bloeien!

Afrikamuseum bis

Toen kwamen we aan een gedeelte van het museum waar in het midden van de zaal opgezette dieren stonden. Aan weerszijden stonden glazenkasten met kleine opgezette dieren. Hoewel het bijna zeker is dat de mensen allemaal al eens een dierentuin hebben bezocht was de aantrekkingskracht om zo dicht bij deze “wilde dieren” te kunnen staan groot. De glazenkasten met kleinere dieren kregen opvallend minder aandacht.
De in het hoofdgebouw tentoongestelde voorwerpen en dieren vormen minder dan 5 % van de totale museumverzameling. Het principe less is more is hier toegepast. Voor mij mochten er in dit mooie gebouw toch wat meer tentoongesteld worden. Ik ben er lang geleden als kind op schoolreis geweest en later met mijn ouders en nog eens later met mijn man . Ik heb het gevoel dat er meer en meer in de kelders is gestopt: waar zijn de enorme collectie vlinders  en de skeletten van uitgestorven dieren…  Maar het blijft wel een mooi museum en het bezoeken waard.

De natuurlijke rijkdommen van Congo kwamen ook aan bod .

Fascinerend waren de maskers en de daarbij behorende ceremoniën en rituelen.

Het Liavela-masker dateert uit de 8ste of 9de eeuw en is de oudste houten sculptuur die ooit in Centraal-Afrika (Angola) is gevonden. Mogelijk stelt het een aardvarken voor dat geassocieerd werd met de wereld van doden en geesten. Het is uniek omdat men in Afrika vernietigde wat geen nut meer had.

Wij hadden een gids die vol vuur en passie vertelde over alles uit de vroegere Kolonie . Hier ging het over de reden waarom sommige tekeningen en kleuren in stoffen werden gebruikt.  Er is ook zoveel over het koloniale verleden geschreven en gesproken ,met voor en tegen, dat bij de opening van het gerestaureerde museum besloten werd om het aan het publiek over te laten wat ze willen of niet willen horen over de geschiedenis en de betrokkenheid van ons land in de kolonisatie van Congo. Als teken dat niet iedereen akkoord is met hetgeen vroeger is gebeurd in de Congo, werd in het museum een borstbeeld van Leopold II met afgewend gezicht geplaatst ( zie de foto boven de doosnee van een boomstam. Per toeval getrokken en achteraf vernomen van de gids)

In de oude inkomhal is weinig veranderd. Op sokkels hoog boven de hoofden van de bezoekers staan grote vergulde beelden van Belgische “weldoeners en beschavers “en donkerkleurige beelden  en kleiner van gestalte de Afrikanen voorgesteld als” krijgers en geseksualiseerde vrouwen”;
De beelden mochten niet verwijderd worden van Monumentenzorg.  Om het evenwicht te bewaren in dit Koloniaal verleden werd de Congolese kunstenaar Aimé Mpané (klik) aangesproken. Hij heeft het werk Nouveau souffle ( Nieuwe adem of Ontluikend Congo) gemaakt , een levensgroot beeldhouwwerk dat in dialoog treedt met de koloniale standbeelden. Dit beeld heeft de vorm van Congo!

Plots staan we in een zaal met een enorme robot!
Voor de chaotische verkeerssituaties en vele verkeersdoden in Kinshasa hebben Thérèse Izay Kirongozi (klik) en Women’s Technology  een hedendaagse oplossing bedacht. Moseka, de onomkoopbare robot van 2,9 meter en 160 kg, inclusief oorringen en gevoed door zonnepanelen

Wie is deze vrouw: Kirongozi is letterlijk een grote vrouw nl bijna twee meter groot. Zij bezit een ingenieursdiploma, heeft een voorliefde voor elektromechanica en de bokssport. Ze heeft een stevige dosis ondernemerszin en een uitgesproken maatschappelijk engagement.

“De bekendste verwezenlijking van Kirongozi en haar vereniging is ongetwijfeld het in 2013 gestarte project Robot Roulage, waarbij robots, voorzien van kleurenschermen en camera’s, werden ingezet om de verkeersveiligheid op gevaarlijke kruispunten in Kinshasa te verhogen. Het project, dat de interesse wekte van verschillende andere Afrikaanse landen, is volgens Kirongozi een voorbeeld van de weg die Congo economisch moet inslaan: afzien van de afhankelijkheid van grondstoffen en volop inzetten op de talenten en de creativiteit van de Congolese bevolking.”

~~~~~~

Toen zat de rondleiding met een super gemotiveerde gids er op en ver na sluitingstijd (=17 uur) liet de gids ons buiten aan de-niet-gewone -uitgang en op zijn aanraden zijn we naar café “In den Congo” ,Dorpsplein 11, 3080 Vossem gegaan om te bekomen van het urenlange wandelen in het Museum.  Een dorpscafé onder de kerktoren waar alle gewone drank als bier, limonade, koffie 1 euro kostte en het bier van hoge gisting 2 euro!!
Waar iedereen tegen iedereen een praatje slaat! Gezelligheid troef. Een vlekkeloze terugrit van meer dan 2 uur  sloot deze mooie dag af.

Afrikamuseum

Op de laatste foto van de vorige blog is in de verte het Afrikamuseum te zien.
Na de herinrichting van het Museum dat tot dan” het  Koninklijk Museum voor Midden-Afrika” werd genoemd, werd het nu tot ” Afrikamuseum” herdoopt
We vonden niet onmiddellijk de ingang. Met enige moeite geraakten we in het domein omdat een werkman een grote ijzeren poort voor ons opende.
Wij zochten de ingang nabij het standbeeld van een grote olifant. Die olifant staat er al héél lang , en de vroegere ingang bevond zich in die nabijheid. Om eerlijk te zijn weet ik tot heden nog niet precies waar de nieuwe ingang is! Want omdat het reeds na sluitingstijd was toen de rondleiding afgelopen was ,heeft de gids ons via een andere uitgang buitengelaten.

In de mooie tuin rond het museum staan nog altijd talrijke beelden. Een wandeling in de tuin zat er die dag niet in wegens tijdsgebrek. Jammer. Een halve dag om alles te zien is veel te weinig. Ik had nog heel graag gewandeld in die mooie tuin.

In al de verwarring waar we nu in feite binnen moesten  vergat ik een foto te nemen van die  ingang!
De onderstaande foto komt van de folder over het Afrikamuseum.
Een ondergrondse galerij verbindt beide gebouwen met elkaar. Het is een ontwerp van het multidisciplinair team Stephane Beel Architecten.

Via de glazen doos, zoals de moderne nieuwbouw wordt genoemd daalden we af  tot in de ondergrondse tunnel die oud met nieuw verbindt.  In een compleet witte,  kil aanvoelende doorgang en begeleid door de woorden alles gaat voorbij, behalve het verleden, maakten we de overgang naar Congo. Enkel een prauw van 20 meter lang waarin 100 mensen kunnen plaatsnemen vulde deze ruimte!

Een schilderij verwijst naar de machtsverhouding  tussen de “beschavers” en de bewoners van Congo!
Het koloniale verleden dat niet altijd zo proper is verlopen.

De  beelden van de antropologische groepen staan  in een zijzaaltje op elkaar gepropt. Jammer zij zijn het waard om in een grote zaal te staan en om ons nogmaals te verwijzen hoe de machtsverhoudingen in het verleden waren!

Er is  weinig aandacht besteed aan de uitstraling van het gebouw zelf : de mooie plafonds en de  gerestaureerd friezen vallen in het niet door al de boxen die in het midden van de zalen staan. Men heeft echt alles uit de kelder willen halen en uitgestald in grote zwart omrande glazen  boxen in het midden van de zalen.

Door af en toe eens naar het plafond en de friezen te kijken , hou je voeling met de geschiedenis van het gebouw. Hier en daar zie je de grootsheid door de hoge zuilen en prachtige vloeren en lange gaanderijen.

morgen wandelen we verder door het museum !

Een rondrit in het Pajottenland

Eind september reden de senioren met een bus doorheen het Pajottenland.
Het Pajottenland is een zachtheuvelende, vruchtbare, agrarische streek ten zuidwesten van Brussel in de provincie Vlaams-Brabant. Het wordt ook wel het  Toscane van de Lage Landen genoemd, en het Land van Breugel.

Eerst hielden we halt bij het Kasteel van Gaasbeek  waar we bij de Graaf van Egmond gingen ontbijten. Toen wij er buiten kwamen kwam een groep jonge kinderen, vooral  meisjes verkleed als prinsessen, ook naar de Graaf van Egmond. Zei de juffrouw al lachend” Als je naar een kasteel op bezoek gaat moet je toch mooie kleren dragen” en  wellicht kregen ze nu een koek en een drankje om de uitstap af te sluiten.

Wij wandelden verder langs de schuur van het kasteel en op het paard van de markiezin Marie Visconti kon je allerlei uitleg over de geschiedenis van het Kasteel  lezen. De wandeling ging langs mooie dreven tot we het Kasteel bereikten. Het Kasteel konden we deze keer niet bezoeken , is pas terug open vanaf april 2020 . Dat was die dag ook de bedoeling niet.

Na de wandeling in het Kasteeldomein reden we doorheen het golvende landschap van het Pajottenland. We reden ook langs een brouwerij waar de bekende Gueuze wordt gebrouwen. Zelf kon ik vanuit de rijdende bus niet zo goed foto’s maken , maar het was wel een mooie rit .

2019 wordt in de streek het Breugeljaar genoemd naar aanleiding van zijn overlijden 450 jaar geleden ! In het Pajottenland heeft  Pieter Breugel de oude die toen in Brussel verbleef veel schilderijen gemaakt. Zo is het kerkje in Sint-Anna-Pede  een landelijk gehucht van de deelgemeente Itterbeek (behoort tot de fusiegemeente Dilbeek) terug te vinden op het schilderij van de Parabel van de Blinden. In het kerkje zelf zijn verschillende reproducties van de mooiste schilderijen van Pieter Bruegel de Oude  terug te vinden. Er is heel veel duiding bij de reproducties.

 

De parabel van de blinden met het nog bestaande kerkje in het landschap.

Na het bezoek aan het kerkje reden we een stuk op de autostrade . De chauffeur was tevreden dat er geen files waren en dat de ongevallen (met vertragingen als gevolg )geen invloed hadden op onze reis naar Tervuren.

In The Lodge gingen we middagmalen en werden bediend door een kelner afkomstig uit… Cadzand ( onze buurgemeente op Nederlands grondgebied)

Na het middagmaal eventjes de benen strekken  op het naburige dorpsplein en dan de autobus weer in die vlak naast het restaurant geparkeerd stond. Kan je al raden waar we naar toe reden?

wordt vervolgd.

For Freedom Museum

“Send it to Belgium, To Fred Jones. One day he’s going to start a museum, to tell our story. Why we came, why we bled and sacrificed our young lives!”
Dit waren de woorden van vele Canadese veteranen die meehielpen aan de opbouw van de huidige collectie. Danny Jones en Freddy Jones, de twee zoons van Dennis Jones, hebben  reizen ondernomen naar het verre Canada  om de bevelhebbers van toen te interviewen en zo de geschiedenis nog dieper te doorgronden.
De bedoeling van de twee zoons was om een museum in te richten met alles wat ze kregen ivm met de oorlog in onze streek. Privé collecties werden geschonken en veel Canadese veteranen bezorgden uniformen en voorwerpen die verband hielden met hun verblijf aan het front.

Hun vader ,Dennis Jones, Normandië veteraan uit Crewe/Cheshire (UK) huwde met een meisje uit Knokke-Heist. Het militair uniform dat vader Jones droeg tijdens zijn huwelijk zal later het eerste uniform van de collectie vormen.

Het militair uniform van Dennis Jones

 

Er werd een locatie gevonden voor dit buitengewone project. De gemeentelijke school van Ramskapelle met bijhorend gemeentehuis uit 1876 werd gerestaureerd. En in 2009  werd  het For Freedom museum door Minister van Landsverdediging Pieter De Crem, Gouverneur van West-Vlaanderen Paul Breyne en Burgemeester Graaf Leopold Lippens geopend!

For Freedom is uitgegroeid tot een niet alledaags museum dat zelfs door de cruise reizigers die een korte stop hebben in de haven van Zeebrugge bezocht wordt. Voortdurend wordt de collectie aangevuld of is er een korte verrassende gebeurtenis zoals een F16 dat tentoongesteld werd in het aanpalend grasperk.

 

Wij bezochten het museum met de senioren in het kader van 11 november . De gids gaf vooraf een boeiende uitleg en tijdens de rondgang in het museum vertelde hij veel weetjes en soms waargebeurde anecdotes . Gezien de bezoekers grotendeels mensen waren uit de streek  werd er  nog veel aan toegevoegd. Van “zelf nog weten” en van “horen vertellen door ouders en grootouders”.

In grote uitstalramen staan levensechte mannequins. De eerste reeks waren Duitse uniformen. Eentje droeg een gasmasker ( een metalen koker die hij rond zijn hals droeg ). Vreesde men in Wereldoorlog II opnieuw gasaanvallen? Een hospik  met een verzameling medische spullen.

De gids legde ons het verschil in rang en stand uit  in de Duitse uniformen  van land -lucht- en zeemacht.

Een fles wijn van het jaar 1942 prijkt hier in één van die kasten. Ieder leidinggevende moest op de een of andere manier zorgen dat zijn manschappen ontspanning kregen om de gruwel van de oorlog even te vergeten. Hier was dit met een accordeon!


Omdat de mannen zouden weten waar ze gedropt werden droegen ze een zijden halsdoek met een kaart op gedrukt zodat ze zich min of meer konden oriënteren.

Zoals de kaart vermeld werd in 1999 (!) op de terreinen van de Veurnse suikerfabriek het wrak opgegraven van een Duits jachtvliegtuig. De zware poldergrond had het lichaam van deze piloot gemummificeerd!

Hun vrije tijd brachten de soldaten door oa in een pub. Omdat er zoveel verschillende talen werden gesproken onder de soldaten bedachten de pubhouders een oplossing: De naam van de pub werd  vergezeld met een afbeelding  . Geen spraakverwarring mogelijk!

Waar gebeurd: op een boerderij in de Hazegrasstraat verbleven er een zestal Duitse soldaten op de hooizolder.
De Canadese bevrijders waren in aantocht en kwamen eveneens binnen in de schuur van de boerderij . Zij hadden een gewonde Duitse soldaat bij die door hen werd verzorgd.
Toen de boer ‘s ochtends in de stalling kwam kreeg hij bijna een beroerte: boven Duitsers op het gelijkvloers Canadezen. Hij is dan naar boven gegaan heeft de zes Duitse soldaten ingelicht over de toestand en hen aangeraden zich over te geven. Hun toestand was hopeloos want de bevrijding was al in veel delen van België een feit. Dat beseften ze maar al te goed en zo werd een bloedbad vermeden!
Geen verhaaltje maar echt gebeurd. Ook mijn vader heeft dit nog verteld.

Van de geallieerden waren er ook heel veel uniformen. Kasten vol! Een kleine impressie…

Onder oorverdovende lawaai van bombardementen wordt hier een beeld getoond hoe de Canadese genie onder leiding van Sgt Hickman met bootjes naast elkaar het kanaal in Retranchement overstaken nadat de brug door de Duitse luchtmacht en ook de Bailey brug die ze aan het opbouwen waren was vernield
Dit is hen gelukt  maar Sgt Hickman bezweek aan zijn verwondingen . De vernieuwde brug in Retranchement draagt ter zijner nagedachtenis  naam ” Hickman brug”. Elk jaar wordt aan deze brug  in Retranchement bij een kleine plechtigheid een eresaluut gebracht. Ik toonde hier foto’s van in het logje ” de Canadamars”( klik)

De Canadezen worden hartelijk verwelkomd door de toenmalige melkman toen ze door de Lippenslaan reden. Dit tafereel speelde zich af ter hoogte van een hotel waar nu de huidige winkel Vandenborre is.
De man gezien op zijn rug  gaf  het bevrijdende telefoontje dat Knokke bevrijd was!

Nog een hangar vol onderdelen opgegraven, gevonden of geschonken, afkomstig van tanks, vliegtuigen, restanten van bommen…
Op het grasveld een Messerschmitt ,torpedo’s , zeemijnen…
In een tweede hangar(klik) worden de vissers herdacht die tijdens de oorlog op  zeemijnen voeren..

Ga zelf eens kijken , dan ontdek je nog veel meer…

Vissers en mijnen

De vissers zijn een groep mensen die ook dikwijls slachtoffer waren in oorlogstijd en al te dikwijls vergeten worden . Niet enkel de weersomstandigheden zijn de oorzaak van scheepsrampen .
In het Museum For Freedom in Ramskapelle ( grondgebied Knokke-Heist ) is ter nagedachtenis van deze slachtoffers een hangar ingericht .
Binnen de hangar hangt er een soort nevel en hoor je om de haverklap een ontploffende mijn en is er een korte lichtflits. Weer een schip dat op een zeemijn is gevaren!! Het is een beklemmende ervaring

Het For Freedom museum in Ramskapelle

Zicht  vanop de straat op de twee hangars waar de rechtse nu is ingericht als herdenking voor de Vissers. In de  linkse hangar staan legervoertuigen.

De ingang van de hangar

De gids geeft  ons uitleg in een ruimte die opzettelijk in nevel gehuld is.

Een duikboot met torpedo en mijnen. Het gevaar voor de vissers kon ook komen van kleine duikboten die torpedo’s afvuurden.

Er hangen doorschijnende gordijnen met daarop de namen van  overleden vissers.

Je loopt op de zeebodem en boven je zijn de zeemijnen en daarboven de kleine vissersbootjes.

Bij ieder schip dat een zeemijn raakt hoor je een ontploffing gepaard met een lichtflits.

 

morgen  het museum zelf.

Beisbroek

Elk jaar staat er een boswandeling op de kalender van de senioren en dit jaar was het niet anders . Vorig jaar ging de wandeling door in Eeklo in het Provinciaaldomein  Het Leen( klik) en het jaar daarvoor in het Drongengoedbos (klik) in Ursel. Dit jaar was het richting Brugge-St Andries naar Beisbroek.

Eerder was ik  al in  het Domein Beisbroek ,  één van de Kasteelbossen in en rond Brugge,  met twee vriendinnen .
Met carpooling zijn we er nu naar toe gereden want met het openbaar vervoer geraak je er niet zo gemakkelijk. Dat verliep vlot en vanaf de parking wandelden we richting Kasteel waar we werden opgewacht door maar liefst twee gidsen. Een en ander was bij de communicatie in de war gelopen. Geen probleem beiden vulden elkaar aan en de gids die de meeste details kon geven bleek een oud leraar biologie te zijn. Kon die vertellen ! De andere gids beperkte zich voornamelijk tot foto’s maken die voor beiden later nog konden dienen .
De twee uur durende wandeling was in een zucht voorbij. Mooi weer, degelijke uitleg en een gezellige groep. Meer moet het niet zijn om een geslaagde namiddag te hebben . De namiddag werd in een gekende zaak  met passende naam ” De Groene Wandeling” gelegen op onze terugweg afgesloten met drank en gebak.

 

Bovenste foto de Volkssterrenwacht en natuurcentrum en op de onderste foto de cafetaria

Op het domein is er ook een beeldenroute van de planeten maar dit deden we deze keer niet.
De bedoeling was om paddenstoelen te zoeken en te zien. We hebben een dertigtal verschillende paddenstoelen kunnen zien met de nodige uitleg van de gids erbij.
Deze keer heb ik talloze vliegenzwammen gezien. De meeste hadden hun beste tijd gehad  het hele berkenbos had er tot voor veertiendagen vol van gestaan. Deze zwammen gedijen het best in een loofbos zoals een berkenbos.

Uitheemse bomen worden zo veel als mogelijk verwijderd.

De Onze-Lieve-Vrouwekerk in Brugge

De Onze-Lieve-VrouweKerk ligt vlak naast het Gruuthuse . Deze kerk bepaalt met zijn 115 m hoge torenspits, samen met het Belfort en de Sint-Salvatorskathedraal, de skyline van Brugge. De kerk heeft een grote en lange restauratie achter de rug en in feite is die restauratie nog niet helemaal klaar. Omdat de kerk zo’n grote aantrekkingskracht heeft wordt er tegenwoordig inkomgeld gevraagd voor een gedeelte van de kerk( oa de praalgraven en het hoogkoor). Na verschillende restauraties is het interieur van deze kerk één pracht en praal .

Bij het binnenkomen zie je prachtig bewerkte biechtstoelen

Deze kerk geniet onder meer bekendheid omdat Maria van Bourgondië er begraven ligt. Tijdens archeologisch onderzoek in 1979 werd haar stoffelijk overschot geïdentificeerd. De praalgraven bevinden zich in het hoogkoor van de kerk.
Het praalgraf naast Maria van Bourgondië is die van haar vader Karel de Stoute. Hij ligt er evenwel niet begraven. Aan hun voeten fungeren leeuw en hond als symbolen van de mannelijke kracht en de vrouwelijke trouw.

Onder de praalgraven werden drie graven blootgelegd die rijk beschilderd zijn. Hier eentje van de drie

Boven de koorbanken hangen dertig wapenschilden van ridders van het Gulden Vlies.  De wapenschilden herinneren aan het kapittel van de Orde van het Gulden Vlies dat in 1468 in deze kerk werd gehouden.

Een van de kapellen rondom het hoogkoor met de taferelen van de kruisweg.

De mis wordt opgedragen vòòr het hoogkoor afgesloten met een fraaie poort.

 

 

Het pronkstuk van de Onze-Lieve-Vrouwekerk is de Madonna met kind

Het wereldbekende werk van Michelangelo, Madonna met kind, is een van de voornaamste kunstwerken  in de Onze-Lieve-Vrouwekerk. Het werd in Italië aangekocht door de Brugse koopman Jan van Moeskroen (Giovanni di Moscerone) en in 1514 aan de kerk geschonken. Het familiegraf van de schenker ligt aan de voet van het altaar, vóór het beeld.
De restauratie werken zijn op deze plaats nog steeds bezig.

 

De bewogen geschiedenis van het beeld:

Het beeld werd in 1794 door de Franse bezetter en in 1944 door de Duitse bezetter weggehaald, maar kon telkens opnieuw naar Brugge worden teruggebracht. In september 1944 werd het beeld opnieuw gestolen ditmaal door Duitse soldaten in opdracht van Hitler. De Madonna belandde in de zoutmijnen van Altaussee in Oostenrijk  waar ze gestapeld lag tussen ontelbare andere gestolen kunstwerken! Het beeld werd  op 17 mei 1945 gevonden door een korps van kunstkenners. Tijdens de tweede wereldoorlog werd een speciale eenheid  vnl museummedewerkers aangesteld en naar de fronten gestuurd om kunstwerken en historische gebouwen te beschermen. Na de val van Nazi-Duitsland moesten zij de gestolen schatten in mijnen en bunkers opsporen.

Over deze zoektocht is een film gemaakt met bekende acteurs zoals George Clooney, Bill Murray, Matt Demon, Cate Blanchett, John Goodman… (klik). Ik heb deze film gezien en is zeker het bekijken waard

Gruuthuse Museum in Brugge deel2

Het Gruuthuse museum heeft op de tweede verdieping aan de buitenzijde een heel mooie loggia . Vanuit deze loggia heb je een prachtig zicht op het Bonifaciusbruggetje waar dagelijks honderden mensen over dit brugje ,opgetrokken uit grafmonumenten, wandelen. Kijk beslist eens omhoog om te speuren naar het kleinste gotische venstertje van de stad. Door dit raampje konden de heren en dames van het aanpalende Gruuthuse kijken of hun boot al klaar lag aan de aanlegsteiger. Hieronder een zicht van het kleinste venstertje vanuit het museum zelf.

Opvallend is ook dat de bewoners van dit stadspaleis een soort kapel/bidplaats hadden van waaruit zij rechtstreeks konden kijken in de OLVr kerk

de bidkapel…

…met zicht op het altaar in de OLVr.kerk

 

De bidkapel gezien vanuit de OLVr.kerk

Morgen een bezoekje aan de Onze Lieve Vrouwkerk die jaren niet te bezoeken was wegens restauratiewerken.